1. Extremadura en de vogels
  2. Stuwmeer Van Orellana en Puerto Peña

Stuwmeer Van Orellana en Puerto Peña

 

Stuwmeer Van Orellana en Puerto Peña

Ligging en bereikbaarheid

Het Orrellana stuwmeer is het laatste van de drie grote stuwmeren die het peil van de Guadiana-rivier regelen (gezien vanaf de plek waar deze Extremadura binnenkomt) en ligt tussen de streken La Serena en Vegas Altas del Guadiana (beiden provincie Badajoz). In het landschap domineren de stilstaande wateren van het stuwmeer, geflankeerd door halfhoge gebergtes (Sierra de Pela, 724 m., Sierra del Castillo, 697 m.) die uitsteken boven de grote oppervlaktes dehesas (boomweide), grasland en akkers. De belangrijkste toegangsweg is de N-430, waarover we in Orellana la Vieja (over de BA-105), Navalvillar de Pela en Casas de Don Pedro kunnen komen, van waaruit we weer gemakkelijk door kunnen rijden naar Talarrubias en Puebla de Alcocer, over de wegen EX-115, EX-103 en BA-137.

 

Beschrijving van de route

Route 1. Casa de Don Pedro-Puerto Peña.Deze route begint in het plaatsje Casas de Don Pedro, waar we de BA-137 nemen die aan de oostkant rond het dorp loopt en daarna richting Talarrubias afslaat. 1 Kilometer nadat we de laatste huizen van het dorp zijn gepasseerd, komen we op een kruising met een verharde weg die parallel aan het Canal de las Dehesas (irrigatiekanaal) loopt. We kunnen hier even kort van de route afwijken en rechts afslaan tot we bij de Stuw van Casas de Don Pedro komen, een interessante plek om watervogels te observeren. Om hier te komen, moeten we zo´n 2.250 m. de ventweg van het kanaal inrijden, tot we aan de linkerkant een onverhard pad zien (tegenover één van de sluisdeuren) dat afdaalt tot bij de stuw. We kunnen het beste hier de auto laten staan en dit paadje van 500 m. te voet afdalen tot bij de oever, zodat we de vogels niet storen. Na deze stop keren we terug naar het kruispunt met de BA-137 en volgen de ventweg van het kanaal ruim 15 km. tot we bij een kruising komen waar we terug de N-430 op kunnen, of afslaan richting de camping “Puerto Peña”. Naast de camping staat het Centro de Interpretación de la Fauna Rupícola de Puerto Peña: Het Bezoekers- en informatiecentrum waar informatie over de bergfauna van Puerto Peña te krijgen is en waar informatieborden staan en op afstand bedienbare camera´s, waarmee we de vogels op de rotsen kunnen observeren. We gaan verder met de route en laten het Canal de las Dehesas achter ons en zetten koers richting Valdecaballeros over een weg die onder de N-430 doorgaat. We komen meteen bij de “Mirador van Puerto Peña” een verplichte stop om de vogels op de rotsen van Puerto Peña te observeren.

Route 2. Puerto Peña-Puebla de Alcocer. Na de mirador gaan we verder in de richting van Peloche-Herrera del Duque en steken de stuwdam van de García de Sola over, om 200 m. later een afslag naar rechts te nemen over de BA-138 richting Talarrubias. We gaan niet het dorp binnen, maar nemen de EX-103 richting Puebla de Alcocer. Net buiten Puebla de Alcocer aan de linkerkant van de weg (800 m. na de benzinepomp), staan de ruïnes van het Convento de la Visitación (Klooster van de Visitatie), waar een grote kolonie kleine torenvalken leeft. We kunnen ook door de straten van het dorp wandelen en omhoog lopen naar het kasteel waar we ook talloze vogels kunnen zien.

Route 3. Puebla de Alcocer-Cogolludo-Orellana la Vieja. Als we verder gaan over de EX103 in de richting van Orellana la Vieja en Castuera, komen we op zo´n 3,8 km. van Puebla de Alcocer, Als we verder gaan over de EX103 in de richting van Orellana la Vieja en Castuera, komen we op zo´n 3,8 km. van Puebla de Alcocer,vlak voorbij de kruising richting Esparragosa de Lares, een zandpad naar rechts tegen dat in goede staat is. We volgen dit pad helemaal, en na ongeveer 12 km. komen we bij het oord Cogolludo, waar een brug over het Orellana stuwmeer ligt. Hierna rijden we nog 8 km. door, tot we bij de weg van Navalvillar de Pela naar Orellana la Vieja komen (de EX-115), en gaan linksaf tot we bij de laatstgenoemde plaats komen.

Route 4. Orellana La Vieja-Puebla de Alcocer. Vanuit Orellana La Vieja nemen we de EX115 richting Campanario en La Coronada en komen onderweg over de wand van de dam van het Orellana stuwmeer. Na een kilometer of 5, komen we bij een kruising met de EX-103, die ons direct naar Puebla de Alcocer brengt. We kunnen ook kiezen voor een veedrijfpad dat parallel aan de EX-103 loopt vanaf dezelfde kruising.

 

Ornithologische waarde

Alle voorgestelde routes liggen binnen het Vogelrichtlijngebied (ZEPA) “Embalse de Orellana y Sierra de Pela”, één van de eerste plekken in Extremadura die deze titel kreeg. Het stuwmeer van Orellana staat bovendien op de lijst van belangrijke watergebieden van het Verdrag van Ramsar, vanwege de waarde van haar habitats en de aanwezige vogelsoorten.

Op het eerste gedeelte van de route is een bezoek aan de stuw van Casas de Don Pedro de moeite waaed, waar we in de zomer en in de winter grote aantallen watervogels kunnen vinden, vooral eenden. Er liggen verschillende kunstmatige eilandjes waar kolonievogels hun nesten kunnen bouwen en in de lente kunnen we in dit gebied dwergstern, lachstern, steltkluut, vorkstaartplevier en kleine plevier waarnemen. De krakeend broedt hier opmerkelijk veel. Het traject langs het irrigatiekanaal (Canal de las dehesas) richting Puerto Peña, doorkruist vooral dehesas en open graslanden, waar we kenmerkende soorten tegenkomen als grijze wouw, buizerd, havikarend, zwarte wouw, kraanvogel, blauwe ekster, hop, roodkopklauwier, thekla leeuwerik, etc. Vanaf de weg langs het kanaal hebben we de hele tijd een mooi uitzicht op het Orellana stuwmeer, inclusief de ´staart´ (die bij een lage waterstand meer op een rivier lijkt). Het is aan te raden af en toe te stoppen en met de telescoop te proberen vogels te vinden, vooral eenden en reigers en koloniesoorten die hun nesten op de eilandjes bouwen. Op 5 km. voordat we bij de camping komen, bevindt zich een enorme reigerkolonie van meer dan 2.000 paar, bestaande uitkoereiger, kleine zilverreiger, kwak, blauwe reiger, ralreiger (niet ieder jaar bevestigd) en ooievaar. De kolonie bevindt zich op een eiland vol met tamarisken, waarin we ook kleine plevieren, kokmeeuwen, de lachstern, en dwergsternen kunnen zien. We komen bij de oevers van het stuwmeer door een pad te volgen dat de eigenaren van het landgoed van borden hebben voorzien. Wanneer het peil van het water aan het einde van de zomer zakt, kunnen we rond dit stuk van het stuwmeer grote verzamelingen zwarte ooievaars zien, waarvan er na het broedseizoen soms wel meer dan 100 hierheen komen. Het eerste gedeelte van deze route eindigt bij de observatiepost van de Puerto Peña, één van de meest indrukwekkende enclaves van Extremadura om vogels te kijken. Het is de enige plek waar tot maar liefst 4 paren zwarte ooievaar nestelen op eenzelfde rotspartij, bovendien nog vergezeld door groepen roofvogels als havikarend, vale gier(meer dan 20 paren), aasgier, slechtvalk en torenvalk. Ook andere typische rotsvogels als zwarte tapuit, blauwe rotslijster, alpengierzwaluw, rotszwaluw, raafen alpenkraai komen hier voor. Ook in de winter is de populatie bergvogels omvangrijk in dit gebergte en kunnen we regelmatig de alpenheggenmus zien.

Doordat er niet veel verkeer is op het tweede gedeelte van de route kunnen we rustig naar Talarrubias rijden door verschillende habitats (dehesas, weilanden, olijfboomgaarden), terwijl we de rotsen van de Puerto Peña en de Sierra de los Golondrinos achter ons laten. Eén van de plekken die we zeker moeten bezoeken, is de kolonie kleine torenvalken, waarvan er meer dan 40 paren in de ruïnes van het Convento de la Visitación nestelenen die we op deze plek naar hartenlust kunnen observeren. Er nestelen in dit gebouw ookooievaars, steenuilen, kerkuilen, gierzwaluwen en vale gierzwaluwen. Om de dag compleet te maken, kunnen we omhoog lopen naar het kasteel van Puebla de Alcocer, waar we de mogelijkheid hebben één van de vele rotsvogels te zien, naast een indrukwekkend uitzicht over de streken La Serena en La Siberia.

Het derde gedeelte van de route, gaan we van de verharde weg af om over een rustig pad te rijden dat tussen de weilanden en dehesas door loopt, tot we in Cogolludo komen, een opmerkelijk oord, waar twee gebergtes het stroomgebied van de rivier de Guadiana vernauwen en een brug beide oevers verbindt. De sierras, dichtbegroeid met steeneiken, kurkeiken, wilde olijfbomen en aardbeibomen, worden getooid door rotsformaties van kwartsiet-gesteente, waar oehoe´s, aasgieren, zwarte ooievaars, steenarenden en havikarenden broeden. Er is ook een kleine kolonie alpenkraaien, vaak vergezeld door kauwen. In de bogen van de brug van Cogolludo huist een grote kolonie huiszwaluwen, maar zij bouwen hun nesten ook op de klippen, samen met de rotszwaluw. Vanaf de brug hebben we een prachtig uitzicht op het stuwmeer en zijn vogels. In de winter vinden we hier vele eendensoorten (wilde eend, slobeend, krakeend, pijlstaart, smient, wintertaling, grauwe gans, tafeleend, kuifeend, krooneend) en grote zwermen meerkoeten, futen, dodaarsjesen geoorde futen(zeer veel). Er zijn belangrijke slaapplekken voor aalscholvers, kleine mantelmeeuwen en kokmeeuwen.

Het laatste stuk is het beste voor het observeren van steppevogels, omdat het grootste deel van de tocht over de EX-103 door natuurlijke gras- en graanvelden leidt. Tijdens het broedseizoen kunnen we hier kenmerkende vogels zien zoals de grote trap (mogelijk zelfs in prachtkleed), de kleine trap, de kleine torenvalk of de grauwe kiekendief. Van laatstgenoemde soort is een belangrijke kolonie vanaf de weg zichtbaar. Ook eenvoudig waar te nemen zijn de scharrelaar (vaak op telegraafpalen) hop, steenuil, griel, en als we iets meer geduld hebben ook witbuikzandhoen, zwartbuikzandhoen en de vorkstaartplevier. In de grasweides zitten ook de kalanderleeuwerik, de thekla leeuwerik, de graszanger, de grauwe gorsen de Spaanse mus. In de winter zijn er vooral goudplevieren, kieviten, graspiepers, en witte kwikstaarten in deze zelfde weides te vinden.

 

Seizoenskenmerken

SeizoenskenmerkenDe beste tijd van het jaar voor de steppeachtige gebieden en de rotspartijen is de lente, omdat het grootste deel van de avifauna hier als zomergast voorkomt en er in de winter dus niet is. Echter, het stuwmeer herbergt meer soorten en exemplaren tijdens de trek na het broedseizoen en in de winter met bijzondere aandacht voor de concentraties eenden tijdens de rui.

 

Overige natuurlijke en culturele waarde

Van de volksfeesten is de meestgenoemde “La Encamisá” van Navalvillar de Pela die op 16 januari gevierd wordt ter ere van San Antón de Abad. Als de avond valt, lopen honderden met bloemenpracht getooide paarden door de straten van het dorp tussen de kampvuren en komen vele buurtbewoners en bezoekers samen. Het feest is officieel van Regionaal Toeristische Belang. Net buiten Cogolludo vinden we de ruïnes van de oude stad Lacimurga Constantia Iulia, een afgelegen Romeinse plattelandsnederzetting die een grondig bezoek waard is. Ook de schematische rotsschilderingen van het landgoed “Hoyo de Pela” in het dorp Orellana la Vieja zijn interessant.